De absolute voorrangsregels

Absolute voorrangsregels werkgebied Zuienkerke - De Haan

Een kandidaat-huurder die:

  1. De kandidaat-huurder die zelf een bepaalde handicap heeft of van wie een gezinslid erdoor getroffen is, uitsluitend als de beschikbare woning door de daarop gerichte investeringen specifiek is aangepast. (attest invaliditeit 66% FOD sociale voorzorg waarbij wordt gemeld dat de persoon getroffen is door een blijvende invaliditeit die  rechtstreeks toe te schrijven is aan de onderste ledematen).
    1. kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning van de verhuurder die niet voldoet aan de normen, vermeld in artikel 3.1 §1, van de Vlaamse Codex Wonen (bezettingsnorm)
    2. kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning van de verhuurder met toepassing van artikel 6.20, eerste lid 9°  van de Vlaamse Codex Wonen (aangepaste woning die niet langer bewoond wordt door een persoon die nood heeft aan die woning) verplicht is te verhuizen naar een andere sociale woning.
    3. kandidaat-huurder die zich benadeeld acht door een beslissing tot toewijzing of weigering
  2. De kandidaat-huurder die nog geen huurder is van een sociale huurwoning en die moet worden geherhuisvest overeenkomstig met artikel 3.30, 4.3, 5.25, 5.35, 5.41,5.46 en artikel 5.88 van de Vlaamse Codex Wonen.
  3. De kandidaat-huurder die een sociale woning van Het Lindenhof bewoont die niet voldoet aan de rationele bezetting. Wanneer de rationele bezetting niet voldoet omwille van de fysieke toestand van de huurder dient de huurder een geldig attest voor te leggen van 66% invaliditeit uitgegeven door een officiële instantie (bv. Ziekenfonds of federale overheidsdienst sociale zekerheid) alsook een recent dokterattest van maximaal  6 maanden. Door de soms wijzigende gezondheidstoestand van vele huurders, die niet noodzakelijk 66% invalide verklaard zijn, maken we een onderscheid tussen rationele bezetting en fysiek toegankelijkheid van een woning. Wanneer de toegankelijkheid van de woongelegenheid (door bv. het ontbreken van een lift en een ligging op verdiep) niet voldoet, volstaan twee recente en onafhankelijke doktersattesten die vermelden dat betrokkene geen trappen meer kan doen.
  4. De kandidaat-huurder van wie de gezinshereniging nog niet heeft plaatsgevonden
  5. De kandidaat-huurder die woont in een onroerend of roerend goed dat niet hoofdzakelijk bestemd is voor wonen
    1. De kandidaat-huurder die woont in een onbewoonbaar verklaarde woning overeenkomstig artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet en die ontruimd moet worden
    2. De kandidaat-huurder die woont in een ongeschikt verklaarde woning voor zover minstens 3 gebreken van categorie II of III onder de hoofdrubrieken "omhulsel" of "binnenstructuur" gescoord heeft volgende het technisch verslag.
  6. De kandidaat-huurder die een ontvoogd minderjarige persoon is.

Absolute voorrangsregels werkgebied Blankenberge (gemeentelijk lokaal toewijzingsreglement)

  1. De kandidaat-huurder die zelf een bepaalde handicap heeft of van wie een gezinslid erdoor getroffen is, uitsluitend als de beschikbare woning door de daarop gerichte investeringen specifiek is aangepast. (Attest invaliditeit 66% FOD sociale voorzorg wordt gemeld dat de persoon getroffen is door een blijvende invaliditeit die rechtstreeks toe te schrijven is aan de onderste ledematen)
    1. kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning van de verhuurder die niet voldoet aan de normen, vermeld in artikel 3.1 §1,  van de Vlaamse Codex Wonen (bezettingsnorm)
    2. kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning van de verhuurder met toepassing van artikel 6.20, eertste lid 9° c) van de Vlaamse Codex Wonen(aangepaste woning die  niet langer bewoond wordt door een persoon die nood heeft aan die woning) verplicht is te verhuizen naar een andere sociale huurwoning
    3. kandidaat-huurder die zich benadeeld acht door een beslissing tot toewijzing of weigering
  2.  De kandidaat-huurder senior die op datum van toewijzing 5 jaar oud is. Deze toepassing geld in de afgebakende projecten en wijken en dus niet van toepassing op het ganse patrimonium.
    1. Voor de stad Blankenberge geldt dit voor onderstaande woningen:
      • F. Masereellaan nr: 15/1, 15/2, 15/3, 15/4, 15/5, 15/6
      • K. Boudewijnlaan nr: 41/1, 41/2, 41/3, 41/4, 41/5 ,41/6
      • K. Boudewijnlaan nr: 39/1, 39/2, 39/3, 39/4, 39/5
      • K. Deswertlaan nr: 111/0101
  3. De kandidaat-huurder die nog geen huurder is van een sociale huurwoning en die moet worden geherhuisvest overeenkomstig artikel 3.30, 4.3, 5.25, 5.35, 5.41, 5.46 en artikel 5.88 van de Vlaamse Codex Wonen.
  4. De kandidaat-huurder die een sociale woning van Het Lindenhof bewoont die niet voldoet aan de rationele bezetting. Wanneer de rationele bezetting niet voldoet omwille van de fysieke toestand van de huurder dient de huurder een geldig attest voor te leggen van 66% invaliditeit utgegeven door een officiële instantie (bv. Ziekenfonds of federale overheidsdienst sociale zekerheid) alsook een recent dokterattest van maximaal  6 maanden. Door de soms wijzigende gezondheidstoestand van vele huurders, die niet noodzakelijk 66% invalide verklaard zijn, maken we een onderscheid tussen rationele bezetting en fysiek toegankelijkheid van een woning. Wanneer de toegankelijkheid van de woongelegenheid (door bv. het ontbreken van een lift en een ligging op verdiep) niet voldoet, volstaan twee recente en onafhankelijke doktersattestendie vermelden dat betrokkene geen trappen meer kan doen.
  5. De Kandidaat-huurder van wie de gezinshereniging nog niet heeft plaatsgevonden
  6. De kandidaat-huurder die woont in  een onroerend of roerend goed dat niet hoofdzakelijk bestemd is voor wonen
    1. De kandidaat-huurder die woont in een onbewoonbaar verklaarde woning overeenkomstig artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet en die ontruimd moet worden
    2. De kandidaat-huurder die woont in een ongeschikt verklaarde woning voor zover minstens 3 gebreken van categorie II en III onder de hoofdrubrieken "omhulsel" of "binnenstructuur"  gescoord heeft volgende het technisch verslag.
  7.  De kandidaat-huurder die een ontvoogd minderjarige persoon is

Een woning, onroerend goed of kamer kan slechts eenmaal aanleiding geven tot voorrang, vermeld in het eerste lid. Om in aanmerking te komen voor deze voorrang, vermeld in het eerste lid 6) 7) moet de  kandidaat-huurder de woning, het onroerend goed of de kamer sedert ten minste 6 maanden bewoond hebben.

Bovendien wordt de voorrang vermeld in het eerste lid 7) 8) alleen verleend als de kandidaat-huurder zich ten laatste twee maanden na de vaststelling in een proces-verbaal of de datum van onbewoonbaar- of ongeschiktverklaring heeft ingeschreven in het register. Een kandidaat-huurder die aan een absolute voorrangsregel voldoet kan na zijn weigering van een aanbod tot toewijzing van een woning die beantwoordt aan zijn keuze met betrekking tot het type, de ligging en de maximale huurprijs, geen aanspraak meer maken op die voorrangsregel.